Lughnasadh is een Keltisch oogstfeest en wordt begin augustus gevierd wanneer de zon 15 graden Leeuw passeert. Bij het invallen van de duisternis de avond ervoor begint het feest dat het einde van de zomer en het begin van de herfst aangeeft. Het betekent “het treuren of herinneren van de zonnegod Lugh”. In de natuur begint de kracht van de zon af te nemen en beginnen de gewassen langzaam af te sterven.
De eerste graanoogst wordt binnengehaald en het brood dat van deze eerste oogst wordt gebakken wordt gegeten als dank. Er wordt feest gevierd en dankbaarheid getoond voor de goede gaven in de vorm van een rijke oogst en tegelijkertijd wordt er getreurd om de dood van de levensgezel van de Godin.

Er bestonden in vroeger tijden gebruiken om de levenskracht van het graan te activeren. Zo werd aan de laatste halmen die een schoof vormden een naam gegeven en vervolgens werd de schoof ritueel verbrand. Een deel van de laatste graankorrels werd in het nieuwe zaaigoed verwerkt om de levenskracht van de oude oogst op de nieuwe over te brengen.

De Godin en de God zijn voor het laatst samen. Het is tijd voor de God om zich op te offeren; dit doet hij in de vorm van het graan om de mensheid van voedsel te voorzien. Als het graan wordt onthoofd sterft de God en zijn kracht gaat terug de aarde in. Zo komt Hij zijn huwelijksbelofte na. Hij zal terugkeren als de God van de dood en de wedergeboorte. De Godin zal nu langzaam aan de wijze oude vrouw van de winter worden. En het wiel draait door……